Om een vrouw*) lief te hebben moet een man ook haar ongetemde natuur liefhebben. Als ze een man kiest die deze andere kant niet kan of wil liefhebben, zal ze zeker op de één of andere manier verminkt worden en gewond rondstrompelend achterblijven. De meest gewaardeerde ‘wildeman’ is degene die wil leren. Zij die het niet heerlijk vinden om te leren, zij die niet overgehaald kunnen worden om nieuwe ideeën of nieuwe ervaringen op te doen, kunnen nooit een stap in hun ontwikkeling verder komen. Als er een kracht is die de bron van pijn gevuld houdt, dan is het de weigering om meer te leren dan we onmiddellijk nodig hebben.
De wilde man zoekt zijn eigen aardse vrouw. Of je nu bang bent of niet, het is een daad van innige liefde om jezelf te laten inspireren door de wilde ziel van een ander. In een wereld waarin mensen zo bang zijn te ‘verliezen’ of ‘afgewezen’ te worden, zijn er veel te veel beschermende muren die moeten voorkomen dat we opgaan in de numinositeit van de ziel van een ander mens. De partner voor de wilde vrouw is hij die een diep in de ziel gewortelde vasthoudendheid en uithoudingsvermogen bezit, die zijn eigen instinctieve natuur erop uit kan sturen om onder de tent van het zieleleven van een vrouw te gluren en te begrijpen wat hij daar ziet en hoort. De goede partij is de man die steeds weer terugkomt om te proberen haar te begrijpen, die zich niet van zijn voornemen laat afbrengen door jaloerse vrouwen die zich gedragen als de stiefzusters van Vasalisa.
Om het hart van de wilde vrouw te winnen moet een partner haar natuurlijke dualisme volkomen begrijpen. Ieder die zich dicht bij een wilde vrouw bevindt, bevindt zich in feite in de nabijheid van twee vrouwen; een uiterlijk wezen en een innerlijk criatura, één dat in de bovenaardse wereld leeft en één dat in een wereld leeft die niet zo gemakkelijk valt te ontwaren. De wilde taak van de man is dus haar ware namen te vinden en die kennis niet te misbruiken om macht over haar te krijgen, maar in plaats daarvan de numineuze substantie waaruit ze bestaat aan te voelen en te begrijpen, zich erdoor te laten overspoelen, verbazen, schokken, zelfs te laten bang maken. En niet op te geven. En haar namen over haar te zingen. Het zal haar ogen doen stralen. Het zal zijn ogen doen stralen.
Het uiterlijke wezen leeft bij daglicht en kan gemakkelijk worden waargenomen, is laagdrempelig bereikbaar, altijd aanspreekbaar en wordt door misogyne mannen vaak verward met een collectieve voorziening waar je gratis gebruik van kunt maken tot het ‘op’ is en gedumpt mag worden. Ze is nuchter, coöperatief en oplossingsgericht. Maar het criatura komt meestal van ver naar het oppervlak, duikt vaak op en verdwijnt even snel weer, maar laat altijd een gevoel achter: iets dat verrassend, oorspronkelijk en wijs is. Dit is het wezen dat door bange vrouwen en mannen op de brandstapel wordt gegooid, of op het schavot wordt gezet na een openbare aanklacht, omdat ze haarscherp feiten en fictie van elkaar kan onderscheiden, leugens versnippert met een duivelse grijns op haar pokergezicht, mensen met elkaar verbindt tot een ijzersterk netwerk, verdienmodellen uit de grond stampt, handelt drijft op haar eigen voorwaarden en schijt heeft aan ongeschreven wetten.
En wat zijn precies de namen van deze twee symbolische zusjes in de vrouwelijk psyche? De namen van de tweeledigheden verschillen natuurlijk van persoon tot persoon, maar doorgaans zijn ze min of meer elkaars tegengestelde. Als zoveel in de wereld van de natuur, lijken ze aanvankelijk misschien zo onmetelijk (lees: grenzeloos en onbetamelijk) dat we er geen patroon of herhaling in kunnen ontdekken. Maar een nauwkeurige beschouwing van de tweeledige natuur, waarbij we deze vragen stellen en naar de antwoorden luisteren, zal al gauw een patroon onthullen, een patroon dat weliswaar zeer uitgestrekt is, maar een stabiliteit vertoont als het wegebben en toestromen van golven; de eb en vloed ervan zijn voorspelbaar, de onderstromen aanwijsbaar. Een mens die de meervoudige eenheid van de ander herkent, benoemt, uitdaagt en omarmt is wild. En hoe wild ben jij?
(Vrij naar) bron: De Ontembare Vrouw, Clarissa Pinkola Estés
*) Waar “een vrouw” staat kan ook “zijn Anima” (Carl Jung) worden gelezen omdat het, geheel tegen de heersende opvattingen in, niet strikt noodzakelijk is voor een man om een partner te hebben om van zichzelf te kunnen houden.
Wat een krachtig betoog en analyse…
Dank je wel Koen!